Terug

Ademhaling De omgekeerde boom

Meer informatie
Met onze luchtwegen halen we adem. Door te ademen krijgt ons lichaam de zuurstof die het nodig heeft. De luchtwegen beginnen bij je neus en mond, en lopen door tot aan de vertakkingen (bronchiën) en longblaasjes (alveoli) in je longen. Daar neemt het bloed de ingeademde zuurstof op om het verder in het hele lichaam te brengen. Via de lucht die je uitademt komen andere stoffen zoals koolstofdioxide er weer uit. Dat noemen we ook wel gaswisseling.
1.

Door adem te halen, krijgt ons lichaam zuurstof. Zonder zuurstof werkt het niet!

Ademhalen doe je de hele tijd door. Ook als je ondersteboven staat, zoals Ashley. Je kan zo goed zien dat onze luchtwegen op een boom lijken. 

2.

De luchtpijp, die begint bij je neus en mond, is de stam van de boom.

De stam loopt uit in twee grote takken: de luchtwegen die naar de twee longen leiden.

In elke long vertakt de luchtweg zich in steeds kleinere takken: de bronchiën. Aan het eind daarvan zitten de longblaasjes. Zoals de bladeren aan een boom.

3.

Als je inademt, komt de lucht tot in de longblaasjes. Die halen de zuurstof uit de lucht en geven die af aan de bloedvaten in de long. Zo komt de zuurstof in je hele lichaam. 

Je lichaam gebruikt de zuurstof, en wil andere stoffen weer kwijt, zoals koolstofdioxide. Dat gaat dan precies andersom. Via de longblaasjes adem je het uit.  

4.

En het mooie is dat je er niet bij hoeft na te denken. De boom en de longen doen vanzelf hun werk.

Getekend door
Tonke Koppelaar